12 | JHWH zei tot Mozes: 1)
|
13 | Wanneer jij het hebt gezien
zul je met je [overleden] volksgenoten verenigd worden 3) ook jij zoals je broer Aäron [ermee] verenigd is, |
14 | omdat jullie in de Sin-woestijn tegen mijn woorden 4) in opstand zijn gekomen
toen de gemeenschap rebelleerde toen jullie mij voor hun ogen bij het water moesten heiligen te weten het water van Meribat-Kades [Rebellie te Kades] in de Sin-woestijn. |
15 | Mozes sprak tot JHWH
|
16 | Laat JHWH, de god van de levensadem in al wat leeft,
iemand aanstellen over de gemeenschap, |
17 | die voor hen uit uittrekt
en die voor hen uit binnenkomt, die hen doet uittrekken en die hen [weer] binnenbrengt zodat de gemeenschap van JHWH niet is als kleinvee dat geen herder heeft. |
18 | JHWH zei tot Mozes:
|
19 | Laat hem plaatsnemen voor de priester Eliazar
en voor de hele gemeenschap en draag voor hun ogen het bevel aan hem over. |
20 | Laat hem delen in jouw autoriteit
opdat de hele gemeenschap van de kinderen van Israël naar hem luistert. |
21 | Voor de priester Eliazar moet hij plaatsnemen
die moet hem voor het aangezicht van JHWH ondervragen op de uitkomst van de orakelraadpleging. Op zijn bevel zullen ze uittrekken en op zijn bevel zullen ze [weer] binnenkomen, 6) hij en alle kinderen van Israël met hem: de hele gemeenschap. |
22 | Mozes deed zoals JHWH hem bevolen had.
Hij liet Jozua plaatsnemen voor Eliazar de priester en voor de hele gemeenschap. |
23 | Hij legde hem de handen op
en droeg het bevel aan hem over zoals JHWH door bemiddeling van Mozes gesproken had. |
1 | vertaling door Evert van den Berg |
2 | Deze naam bevat het werkwoord `avar, óversteken, i.c. naar het nieuwe land. |
3 | D.i. sterven. |
4 | Letterlijk: mijn mond. |
5 | Of: steun op hem. |
6 | Vgl. vs. 17. |